Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], En Petrus zeide tot hen: [76]Bekeert u, en een iegelijk van u worde gedoopt [77]in den Naam van Jezus Christus, [78]tot vergeving der zonden; en gij zult [79]de gave des Heiligen Geestes ontvangen. 76. Namelijk van uw ongeloof en andere zonden. 77. Zie Matth.28:19; hoewel hier des Zoons naam alleen genoemd wordt, overmits Hij de Middelaar is des verbonds, waarvan de doop een zegel is, zo worden daarmede niet uitgesloten de Vader, die Hem gezonden heeft, en de Heilige Geest, die Hem gezalfd heeft. Zie ook de aantekeningen hfdst.8 vs.16. 78. Dat is, tot verzekering, dat uwe zonden om Christus' wil vergeven zijn, hfdst.22 vs.16; want niet het water des doops, maar het bloed van Christus reinigt ons eigenlijk van al onze zonden; 1 Joh.1:7. 79. Namelijk niet alleen de gaven des Heiligen Geestes, die alle gelovigen gemeen en ter zaligheid nodig zijn, maar ook deze buitengewone gaven, die wij nu ontvangen hebben, want deze werden toen ook aan andere gelovigen medegedeeld, tot verbreiding en bevestiging des Evangelies; hfdst.8 vs.17; en hfdst.19 vs.6.